Boekbespreking: Terug in het Strijdperk
Een e-mailtje kwam binnen met als bijlage een pdf-bestand van zijn nieuwe boek en de vraag of ik dit voor schakers.info wilde recenseren. Dat wilde ik wel, maar met nog wat achterstallig schrijfwerk te doen en daarna dat boek nog te lezen dacht ik daar over een paar maanden pas aan toe te komen. “Een aantal maanden!!” aldus de geschrokken reactie van de schrijver. “Richard, het is maar een dun boekje, hoor!”
O ja! En daar was ik inmiddels ook achter gekomen, want ik was uiteraard bijzonder nieuwsgierig naar de inhoud van dit nieuwe boek van Paul van der Sterren. Ik heb “Zwart op Wit”, zijn lijvige biografie, met genoegen gelezen en besproken en ik was dus al aan het scrollen geslagen. Ja, scrollen. Ik merk wel dat ik liever blader dan scroll, maar vooruit dan maar. En hoe doe ik dat met mijn boekenkast? Ik kan moeilijk mijn Ipad daar een permanente plaats geven. Ach, u als lezer kunt gewoon een papieren exemplaar bij bol.com bestellen. Of op www.paulvandersterren.nl. Is dat niet lekker tegendraads van me? Jan Bey heeft de eindredactie van schakers.info overgedragen aan Robert Klomp en mijn eerste boekbespreking gaat over een boek dat niet door zijn meiske van “De beste zet” verkocht kan worden! Dat gaat goed komen, Erika!
Overigens, ik liet zijn naam net vallen… Jan Bey, ontzettend bedankt voor je werk voor schakers.info. Je bood mij een podium en ik kon me heerlijk uitleven met de boeken die me met regelmaat werden toegezonden. Ik heb het met plezier voor je gedaan!
Dat terzijde, terug naar “Terug in het Strijdperk” waarin losse verhalen zijn opgenomen die Paul schreef sinds zijn comeback als schaker. Dat verklaart al meteen waarom dit boek een stuk dunner is; hij is pas een paar jaar weer bezig. “en andere schaakverhalen”, zo luidt de subtitel. (Die is al begrijpelijker dan dat “Vertaald uit het Pe5xf7!?” dat als subtitel onder “Zwart op wit stond geschreven.) Het gaat dus niet alleen over zijn eigen geschaak sinds zijn comeback.
Echte Van der Sterren-volgers zullen aha-erlebnissen hebben bij het lezen van enkele van de verhalen. Die hebben ze dan al gelezen in Matten 14, Schaakmagazine 2012/6, een clubblad van de Venlose Schaakvereniging of van Caïssa. Wat een luxe clubbladen moeten dat zijn zeg! Met zo’n schrijver van formaat in de gelederen…
“En andere schaakverhalen”. Dat moet u heel ruim zien. Gegrasduin in oude schaakbladen, een gedachtenis aan wijlen Leon Pliester, een stukje openingstheorie dat hij niet durfde te behandelen toen hij nog een serieuze schaker was, wat quasiwetenschappelijke stukken, wat nieuwsgierig makende titels als “De schaker en de kwebbeldoos” en “Bericht van een nuchtere dronkenman”, een beschrijving van enkele prominente schakers uit de geschiedenis en nog meer. Overigens, Paul, vind ik de typering “dat kleine mannetje aan de overkant” leuker dan dat “Karpje” dat zo uit de hockeykleedkamer lijkt te zijn gekomen.
Dat stukje openingstheorie betreft een bestrijdingswijze van het Koningsgambiet. Sinds ik het pdf-bestand kreeg heb ik deelgenomen aan drie rapidtoernooien en ik was vast van plan het koningsgambiet te bestrijden met het onooglijke 2… f6. Helaas, waarde witspelers, u hebt uw kans gehad. Noch in ’t Harde, noch in Soest en noch in Barneveld speelde u het koningsgambiet. Nu doe ik het niet meer!
Diverse verhalen uit “Terug in het Strijdperk” gaan uiteraard over zijn schaakavonturen na zijn comeback. En dus komen er weer blunders voorbij en zien we zelfs dat de keurige Paul van der Sterren zich een “Kunnen we dan niets aan jou overlaten, lul?” laat ontvallen. In “Doelloos schaak” beschrijft Paul hoe zijn voorbereiding er tegenwoordig uit ziet. Geen geplug, maar heerlijk een potje naspelen uit een oud schaakblad. “(..) als ik omkijk naar hoe ik vroeger met openingsvoorbereiding bezig was kan ik niet anders dan constateren dat wat ik nu doe niet meer is dan wat simpele vingeroefeningen. En dat is nog sterk uitgedrukt.”
Maar toch, heel af en toe, komen er van die momenten die er aan doen herinneren dat er wel degelijk een grootmeester aan het woord is. Onderstaand fragment krijgt een heel bescheiden plaats in het boek, namelijk in het nawoord, maar wat zal hij hier een plezier aan beleefd hebben.
Dit is een stelling uit Timman – Van der Sterren, KNSB-competitie 2013. Er volgde 22…Txe5 23.Dxe5 Ld6 24.g3 Lf3+ 25.Kg1 Dh3 en wit gaf op.
“Terug in het Strijdperk” is een verzameling schaakstukjes die lekker vlot wegleest. De prettige schrijfstijl en onderkoelde humor van Paul van der Sterren zijn zeer herkenbaar. Een nadeel is, ik schreef het hierboven al, dat u af en toe een verhaal leest dat u elders al eens gelezen hebt.