Erika Sziva: Eindspelen zijn leuk: les 2

door Erika Sziva · 19 juli 2016

De eerste keer dat ik in een soortgelijke stelling als hieronder slachtoffer werd van mijn onwetendheid (ik was een jaar of 13), was gelukkig meteen zo traumatisch dat ik deze les nooit meer zal vergeten.

Wit aan zet

Vol goede moed speelde ik 1.g4?? en het antwoord van de tegenstander sloeg in als een bliksem: 1… Lxg4! Na 2.Kxg4 Kg7 3.Kg5 Kh8 4.h5 Kg7 5.h6+ Kh8 6.Kf6 drong het echt tot me door dat ik deze stelling nooit meer zou kunnen winnen. Omdat de loper niet de kleur heeft van het hoek ‘h8’, kan wit de zwarte koning er niet uit krijgen en kan dus niet winnen.

Wit/zwart aan zet is, remise

Heb je wel de ‘juiste’ loper (van de kleur van de hoek), dan is de winst een makkie:

Wit aan zet, wint

7.Le5+

Enige alertheid is wel nodig: 7.h7?? pat

7…Kg8 8.h7+ Kf8 9.h8D+ 1–0

Het probleem van de verkeerde loper doet zich alleen met de randpionnen voor (‘a’ of ‘h’), dus volgende stelling kan ook met ogen dicht gewonnen worden:

Wit aan zet, wint

1.Ld5+

1.g7?? zou weer niet mijn voorkeur zijn!?

1…Kh8 2.g7+ Kh7 3.g8D+ 1–0

Er zijn echter stellingen, waar de koning van de verdedigende kant de hoek nog niet bereikt heeft en als je het goed aanpakt, zal hij het ook nooit doen. Die stellingen zijn gewonnen. Hierbij enkele voorbeelden:

Wit aan zet

Met 1. La2! kan wit de zwarte koning van het hoek afhouden. Na welke koningszet ook, wit speelt 2. h7 en promoveert.

Een verkeerde poging zou 1. Lh7 zijn om de zwarte koning op deze manier af te houden en proberen met de eigen koning dichterbij te komen. Het wint helaas niet na 1… Kf7 2. Kf2 Kf6! (er dreigt Kg5). Wit zou winnen hier als zijn koning veld ‘f4’ zou kunnen bereiken. In onze stelling moet wit echter zetten herhalen na 3. Lc2 Kf7 ( er dreigt Kg8) 4. Lh7 Kf6 met remise.

Nog een winnend voorbeeld: