Sportzomer door Jesper de Groote
Het EK Voetbal ging al aan onze neus voorbij en op de Olympische Spelen scoren we vooral goed in het gemistemedailleklassement. Echt geweldig verloopt de sportzomer dus niet voor ons kleine, koele landje zonder topsportklimaat, dat eens goed in de medaillespiegel moet kijken. Een hoop medailles gingen door knullige missers (stuurfouten, faalangst, drankmisbruik) de prullenbak in. Het enige waar we wel heel goed in zijn: de zendtijd vollullen. Iedere dag weer.
Onze eigen topschaker Anish Giri deelt in de malaise. Jarenlang leek het erop dat hij in Carlsens voetsporen zou treden, maar waar de Noor jaren geleden fluitend de magische 2800-grens passeerde, kon Giri er slechts een paar keer aan snuffelen. Dit jaar gaat het van kwaad tot erger, want nadat hij in de zeskamp van de Bilbao Masters vorige maand al op de laatste plaats eindigde, deed hij die prestatie in de Sinquefield Cup nog eens dunnetjes over. De oogst van deze zomer: 13 remises en 6 nederlagen. Door de aanhoudende slechte prestaties is Giri bezig uit de top 10 van de wereld te kukelen.
Positiever was het beeld in eigen land, waar de aanstormende jeugd in de vele zomertoernooien van zich liet spreken. Zo won Thomas Beerdsen in het vreemd becommentarieerde Leiden Chess Tournament van Loek van Wely. Het was tekenend voor het toernooi, waarin de grootmeesters aan de lopende band punten verspeelden. Uiteindelijk was Roeland Pruijssers, de een-na-zwakste grootmeester, de verdiende winnaar. Hij bleef knap ongeslagen in het sterke deelnemersveld en hij zette de kroon op zijn werk met een remise tegen Van Wely, die een maand later in Vlissingen zijn gram haalde ten koste van een heel peloton buitenlanders.
In het bijna aansluitende Open Nederlands Kampioenschap in Dieren leek Pruijssers die stunt te kunnen herhalen. Ditmaal liet hij het echter tegen de grootmeesters liggen. Zo ging hij in de een-na-laatste ronde tegen Igor Chenkin in een gelijke stelling door zijn vlag. Hij revancheerde zich door in de slotronde ex-clubgenoot Thomas Beerdsen hardhandig te vegen, wat de jongeling een meesternorm kostte. Het toernooi werd gewonnen door Chanda Sandipan, een van de weinige Indiërs met een uitspreekbare naam. Hij scoorde maar liefst 4½ uit 6 tegen collega-grootmeesters en dat was desondanks maar net genoeg om L’Ami en Chenkin voor te blijven.
Het contrast met het Open Nederlands Jeugdkampioenschap in Borne kon haast niet groter. Met 288 deelnemers had het toernooi er 26 meer dan vorig jaar, maar daar stond tegenover dat er op de verslaggeving was ingeleverd. En dan deed er zelfs een 2200-FM mee, maar zelden heb ik een 2200-speler een toernooi lang zo gigantisch zien ploeteren en knoeien. Het lijkt de schuld te zijn van de te hoge K-factor die jeugdspelers tegenwoordig hebben, zodat ze vanwege één goed gespeeld toernooi meteen een astronomisch hoge rating krijgen. Kijk en zie wat er in de laatste ronde gebeurde:
Bij het ingaan van de laatste ronde stonden Jochem Mullink, Rosa Ratsma en Sjoerd van Roon aan kop. Ratsma en Van Roon hoefden “alleen nog maar” tegen een outsider, terwijl Mullink de hoogsteratinghouder te verwerken kreeg. Eenmaal raden wie er het eerst gewonnen had:
Jochem Mullink – Jasper Holtel, 9e ronde
Dit is al niet goed. 10. Ld5! Pxd5 (Met de toren weggaan kost een kwaliteit en 10… exd5 11. exd5+ is geen verbetering omdat zwarts koning niet weg mag vanwege dameverlies.) 11. exd5 Pc5 12. dxe6 fxe6 13. f5 Wit gaat al als een mes door de boter. 13… e5 14. Dh5+ g6 15. fxg6 Kd7 16. g7 en wit promoveert of zwart gaat mat.
Ratsma won ook, maar doordat Van Roon niet verder kwam dan remise, telde ineens het onderlinge resultaat in haar nadeel, zodat de gouden medaille aan haar neus voorbij ging. Zo hard kan de sport soms zijn. Annemiek van Vleuten, Henk Grol en Yuri van Gelder kunnen erover meepraten.